Biologische groenten en fruit bevatten meer vitamine C en vaak ook meer mineralen en anti-oxidanten dan gangbare. Ook bevatten ze geen resten (residuen genoemd) van bestrijdingsmiddelen en minder nitraat. Daarom zijn biologische groenten en fruit gezonder en voedzamer dan gangbare. Met name kleine kinderen kunnen beter biologische voeding eten.
Biologische wortelen
Veel wortelen voor de mooie ogen! Weinig groenten worden door zowat iedereen gegeten en zijn bijna het hele jaar door uit eigen tuin of streek beschikbaar. Veel wortelen eten is heel heilzaam wegens het hoge gehalte aan bètacaroteen (provitamine A), dat in de lever wordt omgezet in vitamine A. Vooral in de winter hebben we die nodig. Wie te weinig vitamine A opneemt of aanmaakt, kan last krijgen van nachtblindheid. In de volksmond hoor je wel eens zeggen dat je van wortelen eten mooie ogen krijgt. De teeltwijze van de biologische wortelen is van groot belang voor de natuur. Biologische wortelen hoef je niet te raspen, hooguit wat te reinigen met een groenteborstel.
Biologische uien
De meeste uien worden in Flevoland en in Zeeland geproduceerd. Bij BioBoerma worden de gele biologische uien verbouwd. De biologische gele ui is de ui die je overal kunt kopen. Hij heeft een goudgele schil en is van binnen wit. Het vruchtvlees is stevig en heeft een pittige smaak. De gele ui is zeer veelzijdig. Hij is geschikt om mee te koken, stoven of bakken en past bij vele gerechten, soepen en sauzen. Een paar ringen rauwe ui geeft pit aan een salade of een hamburger. De gele ui wordt, wereldwijd, ook veel gebruikt voor verwerking in de voedingsmiddelen-industrie. Zo wordt er bijvoorbeeld uienpoeder van gemaakt.
Biologische aardappelen
Biologische aardappelen worden geteeld met zorg voor de natuur, dat wil zeggen zonder kunstmest en/of chemische bestrijdingsmiddelen. De aardappelen worden bewaard zonder conserveringsmiddelen in speciale koelhuizen voor behoud van smaak en kwaliteit. De biologische teelt bevordert de kwaliteit van het milieu en het klimaat en is dus goed voor alles wat leeft en bloeit.
Koolraap
Koolraap is een dikke knol met een ruwe schil. De laatste jaren is koolraap een beetje uit de gratie geraakt. Ten onterechte, want deze groente is weliswaar eenvoudig, maar een echte lekkernij. Koolraap moet bij aankoop stevig aanvoelen. Koolraap is meerdere weken houdbaar op een koele, niet te droge plaats. Om de koolraap schoon te maken, haal eerst een dikke plak van de bovenkant af (dit gedeelte is meestal houtig). Snijd dan de rest van de koolraap in dikke plakken en verwijder de schil. Snijd de groente in repen of blokjes. De zachte smaak komt het best tot zijn recht als u de groente simpel stooft met een klontje roomboter (± 20 minuten). Overigens is de koolraap familie van de meiraap. Maar hij is groter en de kleur van het vruchtvlees is oranjegeel. Het vruchtvlees kan met veel kruiden en specerijen worden gecombineerd. Denk aan kerriepoeder, nootmuskaat en verse groene kruiden als salie en tijm.
Koolrabi
Koolrabi is een knolgewas, dat bestaat uit een kruising van wilde kool en wilde witte biet. De knol die van de koolrabi wordt gebruikt is het hypocotyl (een verdikking van de stengel) en is dus geen wortel. Koolrabi komt meestal in een lichtgroene maar soms ook in een blauwe teeltvorm voor. Deze twee vormen zijn niet verschillend in smaak. De knol moet in een jong stadium, als ze 7 tot 8 cm in doorsnee zijn, geoogst worden, omdat ze anders vezelig worden. Ook is er een ras, Witte reuzenkoolrabi, dat zeer grote knollen geeft. Koolrabi kan zowel rauw als gekookt genuttigd worden. Deze energie-arme groente (24 kcal/100g) is rijk aan bouwstoffen zoals vitamine-B, vitamine-C, kalium, magnesium. De smaaksensatie is iets zachter dan die van witte kool. De koolrabi kan gekookt als bijgerecht geserveerd worden bij bijvoorbeeld aardappelen en vlees.
Rode bieten
Omdat rode bieten in de biologische kankerbehandeling altijd vermeld worden als natuurlijk medicament, staan rode bieten erom bekend dat ze het immuunstelsel stimuleren en kankerbestrijdende stoffen bevatten. De kroot of rode biet is een wortelgewas en behoort tot de amarantenfamilie waar ook de suikerbiet toe behoort. De plant wordt tot 80 cm hoog. Het woord biet is een oudGermaanse ontlening van het Latijnse beta. De rode biet wordt als groente gegeten, dit kan zowel rauw geraspt, gekookt als opgelegd. Rauw geraspt kan er een aardsmaak aanwezig zijn. Rode bieten zijn ook geschikt voor soepen. Vroeger werd de rode biet een beetje als arme mensenkost beschouwd omdat die op arme grond geteeld kon worden. Vandaag wordt deze meer als specialiteit aangeboden en is een veelvoorkomende groente in natuurrestaurants.
Erwten
Doperwtjes worden veelal akkerbouwmatig geteeld voor de verwerkende industrie. In blik, glas en diepvries. In Japan en andere landen van het Verre Oosten, zoals Thailand, Taiwan en Maleisië wordt de erwt geroosterd en gezouten als snack gegeten. In Engeland wordt de landbouwerwt in een traditioneel puddinggerecht gebruikt. Voor de verwerkende industrie worden de erwten machinaal geoogst. Het gewas wordt afgemaaid en in een grote trommel ingevoerd. Door wrijving in de dorstrommel gaan de peulen open en komen de erwten vrij. Via zeven worden de erwten gescheiden van het stro. De erwten worden in water naar de fabriek vervoerd.
Haver
Haver is een graansoort, die reeds sinds 7000 v.Chr. geteeld wordt. Haver komt oorspronkelijk uit Zuidoost-Europa en Zuidwest-Azië en is ontstaan uit de wilde haver. In Nederland wordt ongeveer 2500 hectare haver per jaar verbouwd. Haver wordt gebruikt als paardenvoer en voor de productie van havermout en havervlokken. Haver is een eenjarige plant die behoort tot de grassenfamilie. De plant wordt ongeveer 120 cm hoog. De plant bloeit in juni en de bloeiwijze is een pluim. De aartjes bestaan uit twee bloempjes, die zichzelf bestuiven. De vruchten zijn rijp in augustus.